Liturgie:Lied 0399

Uit Parwiki

Cristo è risorto veramente

Cristo è risorto veramente, alleluia!
Christus is werkelijk verrezen, alleluia!
Gesù, il vivente, qui con noi resterà.
Jezus, de levende, blijft bij ons.
Cristo Gesù, Cristo Gesù è il Signore della vita.
Chrisus Jezus, Christus Jezus is de Heer van het leven.


1. Morte, dov`è la tua vittoria? Paura non mi puoi far più.
Dood, waar is je overwinning? Je kan me niet meer bang maken.
Se sulla croce io morirò insieme a lui, poi insieme a lui risorgerò.
Als ik op het kruis samen met hem sterf, dan zal ik samen met hem verrijzen.
<Refrein>

2. Tu, Signore, amante della vita, mi hai creato per l`eternità.
Gij Heer, die van het leven houdt, hebt mij geschapen voor de eeuwigheid.
La vita mia tu dal sepolcro strapperai, con questo mio corpo ti vedrò.
Mijn leven zult gij aan het graf ontrukken, met dit lichaam zal ik U zien.
<Refrein>

3. Tu mi hai donato la tua vita, io voglio donar la mia a te.
Gij hebt mij uw leven gegeven, ik wil mijn leven aan u schenken.
Fa che possa dire: "Cristo vive anche in me" e quel giorno io risorgerò.
Zorg dat ik kan zeggen: "Christus leeft ook in mij", en die dag zal ik verrijzen.
<Refrein>